

In de documentaire De 10e kamer (La 10ième Chambre, 2004) van Raymond Depardon duikt een soortgelijke redenering op.
Ene Karim Toulbia moet voor de rechter verschijnen omdat zijn ex-vrouw aangifte heeft gedaan. Na zeven jaar van mishandeling is het haar gelukt om aan hem te ontsnappen en een nieuw eigen leven op te bouwen. Maar de man accepteert het niet en blijft haar stalken, hij bedreigt haar en zelfs de baas bij wie ze werkt. Een verschrikkelijk maar bekend verhaal.. Dan begint zijn advocaat het pleidooi; het is altijd weer lastig, privé zaken!, (..) (..) (..)

Karim heeft vandaag een stap gezet, geen gigantische stap. WIJ zijn nooit trots op zoiets. (Wij mannen, bedoelt de advocaat! ) Ik heb zelf ook wel eens minder correct gehandeld. (Minder correct?? ) Mannen zijn op dit gebied dommer dan vrouwen’.

En zo gaat deze advocaat verder over de enige verzachtende omstandigheid die hij kan bedenken. Mijn cliënt is een man. En jawel, een stukje later in zijn betoog komt het: ‘Wat liefde was, verandert in iets afschuwelijks als haat. Lagen haat en liefde maar niet zo dicht bij elkaar’, verzucht hij. Geliefde gekliefde. Het idee van de aloude crime passionel herleeft in dit betoog, het is moord maar wel uit liefde.
Hoe overtuig je je lief in godsnaam van je liefde? In het begin is het nog simpel, bloemen, briefje, smsjes doen hun werk, het gaat vanzelf, de stroom blijft in beweging. Maar na dat bijna onvermijdelijke moment dat de vlinderstroom stokt,dan wordt het moeilijk. Het moment dat de hele liefdeskwestie zich opeens andersom laat lezen, als een deksel die uitdeukt , als spiegelschrift. Dan kun je wanhopig op haar stoep gaan liggen, je kaal scheren of wel 50 smsjes sturen maar alles zal zich tegen je keren. Ieder bewijs werkt tegen je en irriteert eerder dan dat het overtuigt. Je bent onmachtig want hoe keer je de blik van de ander weer in zijn verliefde vorm terug, nee dat lukt niet goed. Soms is het er weer, dan weer niet. Het blijft daarna altijd een beetje behelpen. Zullen we die foto waarop we allebei wat zuur lachen, maar wel samen zijn, dan maar aan die ambtenaar opsturen?
